Record: zonne-energie nu grootste stroombron in de EU – en dit is pas het begin
Brussel, 13 juli 2025 – Het is officieel: voor het eerst in de geschiedenis van de Europese Unie kwam het grootste deel van de elektriciteit in één maand uit zonnepanelen. In juni 2025 leverde zonne-energie 22,1 procent van alle EU-stroom – meer dan kernenergie, wind, gas of steenkool.
Zonne-energie pakt de koppositie
Bron | Aandeel EU-stroom (juni 2025) | Opmerking |
---|---|---|
Zonne-energie | 22,1 % | +22 % t.o.v. juni 2024 |
Kernenergie | 21,8 % | |
Windenergie | 15,8 % | recordhoog in mei én juni |
Gas | 14,4 % | stijging t.o.v. laag wind- en waterjaar |
Steenkool | 6,1 % | historisch dieptepunt |
De verschuiving is het resultaat van drie factoren:
- Explosieve capaciteit – de EU installeerde vorig jaar 65,5 GW aan nieuwe zonnepanelen; dit jaar wordt ~70 GW verwacht.
- Uitzonderlijke zonuren – een extreem zonnige lente en vroege zomer leverden ideale productieomstandigheden.
- Dalende kosten – recordlage module- en batterijkosten zorgen voor een versnelling van projecten op daken én in grote zonneparken.
Kampioenen: Nederland en Griekenland
Minstens dertien lidstaten verbraken hun zonne-record. Nederland spande de kroon: 40,5 % van alle Nederlandse stroom kwam in juni uit zon, gevolgd door Griekenland met 35,1 %. Ook Duitsland, Spanje en Italië draaiden op volle toeren en haalden samen ruim de helft van alle EU-zonnestroom binnen.
“Zonkannibalisme” en negatieve prijzen
De overvloedige middagproductie duwt de groothandelsprijs steeds vaker onder nul. Duitsland noteerde in mei al 130 uurmet negatieve dag-vooruit-prijzen; juni zette die trend voort. Goed nieuws voor consumenten met dynamische contracten, maar een hoofdbreker voor zonneparken zonder opslag: bij langdurige negatieve prijzen kunnen zij geld verliezen en schakelen sommige projecten tijdelijk uit.
Wat moet er nu gebeuren?
- Sneller netversterken – Netbeheerders investeren, maar vergunningsprocedures blijven een rem. De nieuwe EU Net Zero Industry Act versnelt aansluitingen, al waarschuwt de sector voor tekort aan gekwalificeerd personeel.
- Opslag opschalen – de batterijpijplijn in de EU is in één jaar verdubbeld naar >200 GWh, maar moet minstens verdrievoudigen om de middagpiek in 2030 te bufferen.
- Slim vraagbeheer – flexibele vraag (elektrische voertuigen, warmte-pompen, groene waterstof) kan zonne-overcapaciteit absorberen. Meerdere lidstaten testen realtime-tarieven en “grid-friendly” omvormers die automatisch op prijs-signalen reageren.
- Regionale samenwerking – oost-west-verbindingen (o.a. Nieder-Rhein- interconnector) verkleinen curtailment en maken uitwisseling van zon- en windoverschotten mogelijk.
Kantelpunt om te vieren
Twee jaar geleden haalde zonne-energie in juni nog niet eens 18 procent van de Europese elektriciteit; nu is de zon de baas van het EU-net. Als de huidige installatiesnelheid (≈70 GW/jaar) wordt vastgehouden, kan de EU in 2030 ruim 600 GW PV hebben – genoeg om elke zomermaand fossiele piekcentrales overbodig te maken. Tegelijk worden koolcentrales stukje bij beetje naar de geschiedenisboeken verwezen; hun aandeel is deze juni gezakt naar 6 procent, het laagste ooit gemeten.
“Europa beweegt zich razendsnel richting een toekomst waarin schone energie normaal is – en zonne-energie staat aan het roer,” concludeert Ember-analist Chris Rosslowe. “De uitdaging is nu om opslag en netcapaciteit net zo hard te laten groeien als de panelen op onze daken en in de velden.”